
Gedragstherapie is meer dan trainen...
Desensitiseren en Counterconditioneren
Om het dierenwelzijn bevorderen moeten we eerst begrijpen waarom een dier iets doet dat wij als vervelend ervaren. Als we dat ontdekt hebben kunnen we gaan zoeken hoe we dit kunnen verbeteren. Als een dier erg angstig is dan gaan we terug naar het begin en “het angstige” opnieuw introduceren. Dit heet ook wel desensitiseren. Vervolgens willen we het dier leren dat het niet angstig hoeft te zijn door er een fijne emotie aan te koppelen. Dit heet counterconditioneren.
Stel jouw hond of kat is bang voor de stofzuiger, elke keer als dit apparaat erbij wordt gepakt zien we een angst/agressie emotie. We gaan dan zoeken naar een afstand dat het dier onzeker, maar zich nog goed voelt. Die afstand gebruiken we vervolgens om een positieve emotie te koppelen aan het gene dat angst/agressie veroorzaakt. Een positieve emotie kan worden gemaakt door met iets te geven wat jouw huisdier erg fijn vindt. Vaak is dit een voertje, maar een balletje of leuk snuffelspel kan ook worden ingezet. De afstand tussen het dier en de stofzuiger wordt steeds dichter bij elkaar gebracht i.c.m. het geven van iets fijns. Jouw hond of kat zal het negatieve (de stofzuiger) gaan koppelen met iets positiefs (iets leuks/lekkers krijgen).
